- De scholen in het basis- en voortgezet onderwijs gaan na de kerstvakantie weer open voor alle leerlingen.
- Wel zullen nog veiligheidsmaatregelen gelden als preventief testen, maakt demissionair minister Arie Slob maandag bekend.
- Universiteiten, hogescholen en MBO-instellingen mogen op enkele uitzonderingen na nog geen fysiek onderwijs aanbieden.
- Lees ook: 3 redenen waarom de impact van omikron op de economie beperkt blijft, aldus economen van zakenbank JPMorgan
De scholen in het basis- en voortgezet onderwijs gaan na de kerstvakantie weer open voor alle leerlingen. Ook de buitenschoolse opvang kan weer beginnen. Dat heeft demissionair onderwijsminister Arie Slob bekendgemaakt.
Wel zullen veiligheidsmaatregelen blijven gelden tegen het coronavirus, zoals preventief testen en mondkapjes op de gang vanaf groep zes. Leerlingen met klachten blijven thuis, ouders moeten buiten blijven, leerkrachten moeten onderling afstand houden en alleen online vergaderen.
Het kabinet volgt daarmee volgens Slob het advies van het Outbreak Management Team (OMT), dat geoordeeld heeft dat de heropening van het onderwijs verantwoord kan. Scholen gingen voor de kerstvakantie een week eerder dicht om de toename van het aantal coronabesmettingen af te remmen.
Studenten aan universiteiten, hogescholen en in het middelbaar beroepsonderwijs moeten voorlopig nog digitaal onderwijs volgen, uitzonderingen daargelaten. Op 14 januari wordt opnieuw bekeken of ook zij weer fysiek onderwijs kunnen krijgen.
Kinderen en jongeren tot en met 17 jaar krijgen ook meer ruimte voor lichaamsbeweging. Met ingang van 11 januari mogen zij tot 20.00 uur buiten sporten. Nu is dat nog tot 17.00 uur.
Met de heropening van het basis- en voortgezet onderwijs neemt het demissionaire kabinet "bewust" een risico, zegt zorgminister Hugo de Jonge. Want ondanks de strenge lockdown die een week voor kerst werd ingesteld, neemt het aantal besmettingen de laatste dagen weer toe.
Hoger onderwijs: opnieuw een tegenslag
Het besluit om het hoger onderwijs na deze week gesloten te houden is "opnieuw een tegenslag" voor werknemers in de sector en studenten, zo stelt Universiteiten van Nederland (UNL). Ook de Vereniging Hogescholen spreekt van "een tegenvaller".
Maurice Limmen - voorzitter van de Vereniging Hogescholen - zegt begrip te hebben voor het besluit. Wel maakt hij zich zorgen "over de ingrijpende gevolgen van thuiszitten voor de jongere generaties. We zullen bij de politiek daarom het belang van fysiek onderwijs voor onze studenten met klem onder de aandacht blijven brengen."
Ook de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) noemt de verlengde sluiting van het hoger onderwijs "zeer schadelijk voor de mentale gezondheid van studenten." Voorzitter Ama Boahene: "Dit betekent weer een periode van eenzaamheid, depressieve klachten en concentratieproblemen, zonder duidelijk eindpunt. De veerkracht van veel jongeren is op."
Voorzitter van UNL Pieter Duisenberg zegt dat universiteiten "zo goed mogelijk" zullen proberen om het onderwijs online vorm te geven. "We hopen dat daar snel weer meer mogelijkheden op de campus bij kunnen komen in de komende weken."
Basisscholen blij met heropening, maar missen langetermijnstrategie
Basisscholen zijn blij dat ze weer open mogen na de kerstvakantie, laat de PO-Raad weten, maar de sectororganisatie noemt het wel "van belang dat we beter voorbereid zijn". Een langemijnstrategie is noodzakelijk, vindt voorzitter Freddy Weima. Dat vinden ook de Algemene Onderwijsbond (AOb) en CNV Onderwijs. De AOb noemt het "goed voor alle leerlingen" dat ze weer naar school kunnen, maar "blijft zich erover verbazen" dat het bijvoorbeeld nog steeds niet overal is gelukt om schoolgebouwen goed te ventileren.
Deskundigen hameren al lange tijd op het belang van goede ventilatie om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. In bedompte ruimtes kunnen kleine virusdeeltjes zich ophopen in de lucht en zo makkelijker anderen infecteren.
"Iedereen is er het echt wel over eens dat een goede ventilatie een voorwaarde is om dit verantwoord te kunnen doen, en toch lukt het bijna twee jaar later nog steeds niet om dit overal op orde te krijgen", klaagt de AOb.
De PO-Raad vraagt het nieuwe kabinet om samen met de sector na te denken "over hoe we scholen niet onverwacht hoeven te sluiten en hoe maatregelen meer in samenhang met elkaar genomen kunnen worden". Besluiten op het laatste moment zijn voor niemand goed, vindt de organisatie. "Dit is geen houdbare en werkbare situatie voor het onderwijs."
CNV Onderwijs vindt het eveneens hoog tijd om "in breed verband" na te denken over het voorkomen van toekomstige schoolsluitingen. "Om het onderwijs duurzaam open te houden moet de discussie niet meer gaan over scholen open of dicht, maar om de vraag hoe scholen duurzaam open kunnen. Die discussie raakt meer dan alleen onderwijs en moet dan ook breder gevoerd worden", zegt voorzitter Daniëlle Woestenberg.
Ze wijst onder meer op de achterstanden die leerlingen oplopen. "Als leerlingen langer in het onderwijs zouden blijven, heeft dat ook sectoroverstijgende gevolgen. Want is er genoeg fysieke ruimte voor al die leerlingen en wie geeft ze les? "
Wilma Salzmann, voorzitter van CNV Schoolleiders, zegt dat het kabinet veel praktische vraagstukken doorschuift naar de schoolleiding. "We hobbelen nu van ad hoc-ingreep naar ad hoc-ingreep. De ballen komen van alle kanten, het is enorm jongleren."